Vaststellingsovereenkomst opstellen
Beëindigen u en uw werknemer met wederzijds goedvinden een arbeidscontract? Dan moet u een vaststellingsovereenkomst afsluiten. Hierin legt u afspraken vast over de contractbeëindiging.
Waarom een vaststellingsovereenkomst?
In een vaststellingsovereenkomst (ook wel beëindigingsovereenkomst) spreken u en uw werknemer af dat het arbeidscontract stopt. En dat jullie het daar allebei mee eens zijn. In de overeenkomst legt u de voorwaarden vast waaronder u het arbeidscontract beëindigt. Hiermee voorkomt u een ontslagtraject via UWV. Ook een eventuele stap naar de kantonrechter is met een beëindigingsovereenkomst niet nodig.
Wat staat er in een vaststellingsovereenkomst?
De inhoud van de vaststellingsovereenkomst bepaalt u samen met de werknemer. Deze informatie moet in ieder geval in de overeenkomst staan:
- de naam en het adres van de werkgever en de werknemer
- dat u heeft voorgesteld om de arbeidsovereenkomst te beëindigen en wat de reden hiervoor is
- dat er geen dringende reden voor het ontslag is
- dat het gaat om een beëindiging met wederzijds goedvinden
- wat de datum is waarop de arbeidsovereenkomst eindigt
- op welke datum u een eindafrekening maakt
- waar en wanneer u en de werknemer de overeenkomst hebben ondertekend
- dat de werknemer 2 weken bedenktijd heeft
Eventueel kunt u samen met uw werknemer aanvullende afspraken vastleggen in de vaststellingsovereenkomst. Een voorbeeldovereenkomst vindt u op UWV.nl.
Uw werknemer hoeft niet akkoord te gaan
Uw werknemer is niet verplicht om de vaststellingsovereenkomst te tekenen. U kunt hem niet verplichten om akkoord te gaan met uw voorstel.
U beëindigt de arbeidsovereenkomst
U stelt alleen een vaststellingsovereenkomst op wanneer u zelf heeft voorgesteld de arbeidsovereenkomst te beëindigen. Leg duidelijk vast dat het voorstel voor ontslag van u komt. Wanneer u dit niet doet, heeft uw werknemer mogelijk geen recht op een werkloosheidsuitkering.
Let op de opzegtermijn
In het arbeidscontract heeft u een opzegtermijn afgesproken. Deze geldt ook wanneer u met een vaststellingsovereenkomst uit elkaar gaat. Als u de einddatum vastlegt, moet u hiermee rekening houden.
Er is geen dringende reden voor ontslag
Bij ontslag met wederzijds goedvinden is er geen dringende reden voor ontslag. U ontslaat de werknemer dus niet op staande voet.
Uw werknemer heeft 2 weken bedenktijd
Is uw werknemer het, nadat hij heeft getekend, toch niet eens met de gemaakte afspraken of het ontslag? Dan mag hij zich bedenken. Dit moet hij binnen 2 weken schriftelijk laten weten. U kunt een langere bedenktijd afspreken. Deze afspraak moet u vastleggen in de vaststellingsovereenkomst. Een kortere bedenktijd afspreken mag niet. Vermeld de bedenktijd in de beëindigingsovereenkomst. Als u dit niet doet, dan wordt de bedenktijd 3 weken.