Strengere eisen aan psychologen moeten ggz-wachtlijsten korter maken
Strengere eisen aan behandelaren moeten – paradoxaal genoeg – de lange wachtlijsten voor ggz-instellingen korter maken.
Wie met mentale klachten op zoek gaat naar hulp in de Nederlandse zorg, heeft een té grote kans om bij een psycholoog terecht te komen die niet voldoende bekwaam en opgeleid is.
Daarvoor waarschuwen de voorzitters van de drie belangrijkste beroepsverenigingen voor psychologen. Zij vrezen voor het lot van patiënten en willen dat binnen tien jaar elke zelfstandig behandelend psycholoog in Nederland aan dezelfde minimumeisen voldoet als een arts. “Niemand wil geopereerd worden door een halfopgeleide chirurg, en niemand zou behandeld moeten worden door een halfopgeleide psycholoog”, zegt Rudolf Ponds, afdelingshoofd Medische Psychologie aan het Maastricht UMC+ en voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Gezondheidszorgpsychologie. De beroepsgroep biedt vandaag een advies aan het ministerie van volksgezondheid aan.
Op dit moment worden patiënten behandeld door duizenden psychologen met alleen een universitaire opleiding van vier jaar achter de rug, die vooral theoretisch is. “Zij hebben kennis, maar soms nog niet de kunde”, zegt Ponds. Dit probleem is volgens hem ontstaan toen psychologieopleidingen werden ingekort, en studenten minder praktijkervaring konden opdoen. Voor behandelend psychologen werd eind jaren negentig een extra opleiding van twee jaar in het leven geroepen, een beetje zoals het co-assistentschap bij artsen. Toen al was het doel dat alle zelfstandig behandelend psychologen binnen een paar jaar zo’n opleiding zouden doen, waarna ze in het zogenoemde ‘BIG-register’ zouden komen, wat de kwaliteit van Nederlandse zorg waarborgt. Maar voor die opleiding zijn weinig plekken, terwijl de vraag naar geestelijke gezondheidszorg in de afgelopen twintig jaar steeg. “Ondertussen zijn lager opgeleide psychologen goedkoper voor zorginstellingen.”
‘Draaideurcliënten’
Niet eerder spraken de belangrijkste beroepsverenigingen zich gezamenlijk zo ferm uit over het ‘onverantwoorde’ niveau van psychologen die nu vaak werkzaam zijn in ggz-instellingen en psychologenpraktijken. De voorzitters zien om zich heen hoe het mis gaat. ”Kinderen lopen soms veel langer dan nodig met mentale problemen omdat ze eindeloos gediagnosticeerd worden en niet behandeld”, zegt Kirsten Hauber, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie.
Op verzoek van de staatssecretaris werkten de verenigingen aan een advies om het onderscheid tussen de verschillende typen psychologen minder verwarrend te maken.
“Op verjaardagen heb ik moeite het verschil uit te leggen tussen een psychotherapeut, een cognitief gedragstherapeut en een psychiater”, zegt Hauber. Die verwarring zou ook bij sommige huisartsen leven, zeker omdat de ene behandelaar zich aanprijst met zijn beroepstitel, zoals klinisch psycholoog, en een ander met een methode, zoals EMDR-therapie. Hierdoor worden patiënten soms verkeerd doorverwezen en verkeerd behandeld, aldus een onderzoeksrapport van januari 2019.
Het advies aan het ministerie is om alles terug te brengen tot één BIG-basispsychologenberoep voor patiënten met algemenere klachten, en twee gespecialiseerde beroepen voor patiënten met complexere klachten. Dat basisberoep moet binnen tien jaar het ‘absolute minimum’ worden waar een patiënt op moet kunnen rekenen.
Het klinkt tegenstrijdig: met lange wachtlijsten als één van de grootste problemen van zorginstellingen, willen de beroepsverenigingen dat de eisen voor behandelaren juist hóger worden. De voorzitters zeggen dat het probleem ‘complexer’ is dan dat er nu ‘te weinig’ behandelaars zijn. Juist verkeerde behandelingen door onervaren behandelaars zouden ertoe leiden dat sessie na sessie mislukt, waardoor mensen soms als ‘draaideurcliënten’ in de ggz blijven hangen.
Lees ook:
Digitale zorg werkt goed, maar is voor de ggz geen oplossing
Digitale consulten kunnen prima werken, maar mogen nooit de plaats innemen van de arts.
Verzekeraars willen ggz op de schop nemen
Zorgverzekeraars willen meer ruimte creëren voor mensen met zware psychische klachten. Als het aan hen ligt, gaat de financiering op de schop en is het afgelopen met onnodige medicalisering van psychische problemen.
Patiënt met dementie in crisis blijft verstoken van dwangzorg
De GGZ vangt niet langer ouderen met dementie en gehandicapten op die een gevaar voor zichzelf of anderen vormen. Dat leidt tot problemen.